De solden zijn nog niet officieel van start en het is opnieuw zo ver: het zoveelste voorstel – deze keer van Federaal Minister Nathalie Muylle  (CD&V) – om de sperperiode af te schaffen wordt gelanceerd. Dit nadat Mode Unie in december al liet weten niet akkoord te kunnen gaan met het ingediende wetsvoorstel van NV-A hieromtrent. Waarom blijven politici dit voorstel lanceren terwijl niemand hier voorstander van is: we hebben er het raden naar.

In eerste instantie blijkt uit een bevraging door verschillende werkgeversorganisaties vorig jaar in maart, dat twee op drie handelaars tegen de afschaffing van de sperperiode was. Tevens is er bij geen enkele sectororganisatie draagvlak voor deze maatregel.

Daarbovenop kregen modedetaillisten de afgelopen jaren meer en meer af te rekenen met een stroom van opgedrongen kortingen, veelal overgewaaid uit het buitenland. Black Friday, Cyber Monday, Singles Day, korting bij Halloween, mid season sales,.. De rij lijkt stilaan eindeloos. Het afschaffen van de sperperiode zal de kortinggolf enkel nog meer aanwakkeren. Zonder rem op de kortingverkoop voorafgaand aan de solden zullen vooral grote ketens nóg vroeger met kortingen beginnen en is de race to the bottom compleet.

De twee redenen die steeds gegeven wordt voor het voorstel om de sperperiode af te schaffen is dat er toch al heel wat kortingen gegeven worden en de sperperiode een maat voor niets is. Een tweede argument is dat de consument hier enkel beter van wordt, hij krijgt namelijk nóg meer korting.

Eerst en vooral is de sperperiode bedoeld om de eerlijke concurrentie tussen modezaken te vrijwaren en ervoor te zorgen dat zelfstandige handelaars beschermd worden tegen multinationals die het hele jaar door met kortingen zwaaien. De sperperiode geeft hen wat ademruimte en zorgt ervoor dat er een momentum gecreëerd wordt waar alle handelszaken binnen de modesector op hetzelfde moment aan de solden kunnen beginnen. Een gelijk speelveld voor iedereen, dat is het uitgangspunt.

Tevens gaat de redenering om de wetgeving rond de sperperiode af te schaffen ‘omdat deze uitgehold wordt door onder andere koppelverkoop en niet nageleefd wordt’, niet op. De rechtsonzekerheid die momenteel heerst heeft vooral te maken met het gebrek aan controles vanwege de Economische Inspectie. Er is nood aan duidelijke regelgeving zodat iedereen weet waaraan zich te houden en welke sancties er op inbreuken staan.

Ook de consument wint niets bij het afschaffen van de sperperiode: multimerkenzaken, die zorgen voor diversiteit in aanbod, nicheproducten, shopbeleving en authenticiteit, verdwijnen sneller en de consument krijgt eenheidsworst voorgeschoteld. En wat met (nep)korting op onverwachte momenten? Vandaag een stuk kopen dat morgen onaangekondigd dertig procent goedkoper aangeboden wordt in dezelfde winkel. Van bedot gesproken.

In plaats van de discussie over de sperperiode te blijven voeren, zou werk gemaakt moeten worden van maatregelen die zelfstandige handelaars beschermen zoals het instellen van een regelgeving die destructieve prijsstrategieën tegen gaat. Enkel op deze manier zal de beoogde eerlijke concurrentie tussen handelaars gevrijwaard blijven zodat deze allen in een sterk verzadigde en concurrentiële markt overeind kunnen blijven.